Artikel van de meester -- jan/feb 1996

De meesters betreden het rijk der mensen door de meester – –, via Benjamin Creme Steeds wanneer de mensheid bang is, wendt zij zich tot God of de engelen voor hulp en zekerheid. Zo ook nu, temidden van de groeiende crisis van de mens. Aan alle kanten stijgt de roep om hulp op en, in antwoord op die roep, reageren Gods vertegenwoordigers. Wij, de architecten van de Nieuwe tijd, weten dat diep in hun hart alle mensen een standvastig geloof koesteren in hulp en leiding van boven, en daarin te voorzien is onze vreugde en eeuwenoude plicht. Langzaam, maar heel zeker, groeit het besef van de mens van de onzichtbare krachten die hem omringen en die er altijd zijn om hem bij te staan en te helpen. Dat de mens zich vergist in de identiteit van deze krachten is niet belangrijk: meesters of engelen? Er zijn er maar weinig die de waarheid kennen. Wanneer wij, de Broeders, als engelen verschijnen, doen wij dat volgens de Wet van herkenning. Op die manier weten de mensen dat zij niet alleen staan. Wanneer een hogere ontwikkeling het toelaat hebben wij geen voorwendsel nodig en tonen we onze ware gedaante. Zo komt het dat sommigen engelen zien, waar anderen de Broederschap herkennen. De tijd der tijden Meer dan ooit tevoren, verloopt onze dagelijkse omgang met de mensen voorspoedig. Telkens wanneer zich een gelegenheid voordoet, verlenen wij hulp en maken wij onze aanwezigheid kenbaar. Op deze manier beseffen de mensen dat de tijd der tijden nabij is, dat de Grote Heer onder ons is, dat het isolement van de mens ten einde is. Ongeacht of mensen ons zien als engelen of als mensen, ze zullen weten dat hulp altijd voorhanden is. Zij hoeven er slechts om te vragen. Dat de aangeroepen hulp misschien niet overeenkomt met hun wensen, is een les die geleerd moet worden. Wij werken altijd binnen de Wet en het Plan, en daar stemmen wij onze hulp op af. Engelen Engelen zijn er in ontelbare aantallen, maar zij raken nog niet aan het leven van de mens. Er komt echter een tijd dat deze onzichtbare krachten de mens hun genezingskracht en kennis zullen aanbieden en veilig het terrein van de mens zullen betreden. Intussen overbruggen wij, de leraren, de Oudere Broeders van de mensen de kloof tussen de natuurrijken. Zo kunnen wij het samenkomen van mensen en engelen veilig overzien. Wij zijn de "tussenpersonen", de bereidwillige helpers van zowel mensen als deva-krachten, de altijd aanwezige beheerders van Gods plan en doel, de lenigers van het lijden en de vertegenwoordigers van Gods liefde. Gidsen en helpers Spoedig zullen de mensen ons in grote aantallen zien en weten wie we zijn. Wij zijn jullie broeders, die jullie zijn voorgegaan, jullie bereidwillige gidsen en helpers, jullie hogere middelaars, jullie mentors en leraren, jullie muzen en inspirators, jullie trouwe dienaren en eeuwige geliefden. Wij beantwoorden jullie roep om hulp en betreden jullie rijk.