Brieven van lezers -- juli/augustus 2003


Sinds enkele jaren verschijnen een aantal van de Meesters, met name Maitreya en de Meester Jezus, op lezingen en transmissie-meditaties van Benjamin Creme. Zij verschijnen ook in verschillende gedaanten aan grote aantallen mensen overal ter wereld, van wie sommige naar Share International schrijven over hun ervaring. Wanneer de ervaring door de Meester van Benjamin Creme is bevestigd, wordt de brief gepubliceerd.

Deze ervaringen worden gegeven om te inspireren, te leiden of te onderrichten, vaak ook om te genezen of op te beuren. Heel vaak vestigen ze op grappige wijze de aandacht op een of andere vorm van onverdraagzaamheid tegenover bijvoorbeeld roken of drinken. In veel gevallen treden de Meesters op als reddende “engelen” bij ongelukken, in oorlogstijd, bij aardbevingen en andere rampen.

Zij gebruiken een ‘goede genius’, een gedachtenvorm die volkomen echt schijnt en waardoor de Meester Zijn gedachten kan uitdrukken. Zij kunnen naar willekeur verschijnen als man, vrouw of kind. Soms gebruiken Zij een bestaand persoon als ‘blauwdruk’, maar in de meeste gevallen is de ‘goede genius’ een geheel nieuwe schepping. Bijgaande brieven zijn voorbeelden van deze wijze van communicatie door de Meesters. Zonder uitdrukkelijk verzoek om anonimiteit, neemt de redactie aan dat de naam van briefschrijvers gepubliceerd mag worden en eventueel op de website Share-International.org gebruikt mag worden (alleen met vermelding van initialen en land).
Stuur uw brieven aan: Share Nederland/Brieven, Postbus 41877, 1009 DB Amsterdam.

Fanclub

De volgende vier brieven hebben alle betrekking op de “oude man en zijn vrouw” die gezien zijn bij de lezing van Benjamin Creme in Tokio.

Op 10 mei 2003 vond de lezing van Benjamin Creme plaats in Tokio in de Hibiya-zaal, een oud bakstenen gebouw met ongeveer 30 brede traptreden naar de ingang. Een paar minuten voor de deur openging, zag ik buiten een vreemde scene. Een oude man met een kaal hoofd zat op de bovenste trede en praatte vrolijk tot een groep van ongeveer 80-100 mensen die op de treden beneden hem in de rij stonden en erg aandachtig naar de man luisterden. Ik lachte geamuseerd, want er leek al een lezing begonnen te zijn.

Plotseling ging de gedachte door me heen dat de man misschien een Meester was. Ik kon mijn nieuwsgierigheid om zijn gezicht te zien niet bedwingen, dus ging ik de achterdeur uit en rende de trap op naar boven. Tegen de tijd dat ik daar aangeland was, sprak de man niet meer, maar een bejaarde vrouw vertelde me met luide stem: “We zijn VELE malen naar deze lezing geweest. We kennen het verhaal HEEL GOED.” Ik zei, een beetje overdonderd: “O ja? Heel veel dank.” Toen zei ze opnieuw met luide stem, alsof ze het de menigte rondom haar wilde vertellen: “Wij kennen ook Michiko Ishikawa ERG goed.” Een paar stappen verder straalde de man met een oprechte lach en beaamde: “Dat is zo, we zijn VELE malen naar deze lezing geweest.” Toen ik naar de man keek, had ik het gevoel dat ik hem eerder had gezien. Ik vertelde hun dat de deur snel open zou gaan en ging naar binnen om daar mijn plicht te vervullen.

Setsuko Yanase, Tokio (Japan).

De kale waarheid

Ik ging naar Tokio om voor het eerst een lezing van Benjamin Creme te horen. Ik kwam nogal vroeg aan en zag een buitengewoon echtpaar tussen de wachtende menigte. Ze zagen er nogal oud uit, over de 80, droegen armoedige kleding, maar straalden een warme, onzelfzuchtigheid uit. De vrouw praatte tegen de mensen om haar heen: “Ik heb er ZO naar uitgezien om dit verhaal te horen … We zijn zo lang getrouwd dat ik op deze oude man ben uitgekeken … ha, ha, ha.” De oude man nam prompt zijn gebreide hoed af waardoor zijn volkomen kale hoofd tevoorschijn kwam en zei, terwijl hij lachend naar zijn hoofd wees: “Omdat dit van mij geworden is.” Toen de deur openging en we naar binnen liepen, zei hij: “Ik vind Benjamin Creme GEWELDIG. Alles wat we vorig jaar hoorden is uitgekomen.” Zij maakten zo’n indruk op me dat ik me afvraag of zij misschien Meesters waren.

Taeko Shimaya, Chiba (Japan).

Om te lachen

Toen we de deur openden voor Benjamin Creme’s lezing in Tokio, zag ik bij de eerste groep mensen een bejaard stel dat onvast liep en elkaar ondersteunde terwijl ze zich vasthielden aan een winkelwagentje. De man ging naar de registratiebalie, terwijl de vrouw bij een muur wachtte. Na een poosje kwam de man terug en samen gingen ze de trap op. Ik hoorde hem tegen zijn vrouw zeggen: “Zijn naam is Creme (in het Japans uitgesproken als “ku-ray-mu”) omdat hij altijd ku-ray-mu (klachten, tegenwerpingen) krijgt. Daarom wordt hij ku-ray-mu genoemd.” Hij zei het zo vrolijk met zo’n luide, energieke stem dat ik wel moest lachen. De man draaide zich naar mij en zei luid: “Hoorde je wat ik zei? Is het grappig? Het is grappig, hè?” Dus lachten we samen. Dat wankelende, onvaste beeld dat ik eerst van hem had gezien was geheel verdwenen en ik voelde me bemoedigd. De man was tenger en had een geruite baret op. De vrouw zag er sterker uit, bijna mannelijk, en had een enigszins vierkant, donker gezicht.

Hiroko Arai, Tokio (Japan).

Komische wending

Bij de lezing van Benjamin Creme in Tokio zag ik in een gang bij het toilet een bejaarde vrouw herhaaldelijk tegen een bejaarde man (haar echtgenoot) zeggen: “Wacht je hier terwijl ik naar het toilet aan de andere kant ga? Zul je hier wachten?” Maar de oude man leek haar niet te begrijpen, dus liep ik naar hen toe en zei: “Ik blijf hier wel bij hem, ga alstublieft uw gang.” Terwijl we stonden te wachten vertelde ik de man dat zijn vrouw naar het andere toilet ging. Hij mompelde iets, maar alles wat ik me kan herinneren was het woord “kami-san” waarmee hij op zijn vrouw bedoelde. In de tussentijd bonsde hij zijn hoofd tegen het laag aflopende plafond. Ik verontschuldigde me tegenover zijn vrouw toen ze terugkwam. Zij zei: “Hij is een beetje gek geworden, weet je.” Beiden waren klein van stuk en droegen eenvoudige, gewone kleding. Ze hadden touwtjes om hun nek met een soort ouderenpasjes voor de bus of tram.

Kayo Obata, Gifu (Japan).

De Meester van Benjamin Creme verklaart dat de oude man in de vier bovenstaande brieven Maitreya was en de oude vrouw de Meester Jezus.