Tekenen van de tijd - juni 2004


Badplaats baadt in cirkels van licht

Cirkels van licht die in de ramen van het huis van een kunstenaar in de badplaats Egmond aan Zee verschenen, werden door plaatselijke inwoners beschreven als een “zegening”. De cirkels van licht werden ontdekt door iemand die betrokken is bij het Wederverschijningswerk.
Het nieuwe lichtverschijnsel is een variatie op eerdere tekenen van de aanwezigheid van Maitreya — een combinatie van de kruisen van licht die al sinds 1988 verschijnen in ramen van huizen, en cirkels van licht die door ramen worden weerspiegeld op gebouwen en die voor het eerst werden ontdekt in 1997.
Een journalist van Het Noordhollands Dagblad schrijft hoe de fotograaf en hijzelf tot na zonsondergang wachtten voordat zij de intense straling van de cirkels konden zien. Hij schrijft dat het is “alsof een grote projector in de buurt van het huis” de oranjekleurige cirkels van licht projecteert, maar dat er geen externe lichtbronnen waren die het verschijnsel zouden kunnen verklaren.
(Bron: Het Noordhollands Dagblad)
(De Meester van Benjamin Creme verklaart dat de lichtpatronen een Paaszegening waren van Maitreya.)

Gezicht ook op achterkant Turijnse lijkwade

Italiaanse wetenschappers hebben op de achterkant van de Lijkwade van Turijn de afbeelding ontdekt van het gezicht van een man die overeenkomt met het gezicht op de voorkant van het kleed.
De achterkant van de lijkwade is steeds verborgen geweest achter een laag stof die in 1543 was aangebracht nadat de wade bij een brand was verschroeid. De achterkant werd voor het eerst in 2002 verwijderd toen de lijkwade werd hersteld. Voor het blote oog was er bijna niets op de achterkant te zien, los van een unieke naaisteek die door de Zwitserse textieldeskundige Mechtild Flury-Lemberg werd geïdentificeerd als een stijl van de eerste eeuw na Christus of vroeger.
Ten tijde van het herstel in 2002 werd de achterkant gedetailleerd gefotografeerd door Monseigneur Giuseppe Ghiberti, die zijn foto’s in een boek publiceerde. Giulio Fanti, professor in mechanische en thermische metingen aan de universiteit van Padua, zegt: Toen ik de foto’s in het boek zag, werd mijn aandacht getrokken door een vage beeltenis op de achterkant van de lijkwade. Ik dacht dat er misschien meer moest zijn dat voor het blote oog zichtbaar was.”

Fanti en zijn collega-professor Roberto Maggiolo bestudeerden de foto’s en gebruikten wiskundige en optische technieken om de beelden te verwerken. Deze geavanceerde beeldverwerkingsmethoden onthulden het beeld van het gezicht van een man op de achterkant. De afbeelding aan de achterkant komt in vorm, grootte en houding overeen met dat op de voorkant. Fanti zegt: “Hoewel de afbeelding erg vaag is, zijn kenmerken als de neus, de ogen, baard en snor duidelijk zichtbaar.” De beeldverwerking bracht geen beeltenis van het hele lichaam aan het licht zoals dat op de voorkant te zien is, alleen het gezicht, en waarschijnlijk de handen.
Fanti vervolgt: “Aan beide zijden is de afbeelding van het gezicht aangebracht op de buitenste laag van de stof, alleen op de buitenste linnenvezels. Als je een dwarsdoorsnede maakt van de stof is alleen een afbeelding te zien aan de uiterste onder- en bovenkant, maar niet in het midden. Het is uiterst moeilijk om een vervalsing te maken met deze kenmerken.” (Bron: Discovery News, VS; Reuters, GB)

Benjamin Creme’s informatie

“Persoonlijk geloof ik dat [de Lijkwade van Turijn] volkomen authentiek is, dat zij de wade is waarin het lichaam van Jezus werd gewikkeld na de kruisiging. De afbeelding werd er opzettelijk op aangebracht en voor toekomstige generaties achtergelaten om de realiteit van de opstanding levend te houden, want dat is waar het evangelieverhaal over gaat. Het evangelieverhaal gaat niet over de kruisiging. Het gaat over de opstanding. … Het interessante van de lijkwade is, wat mij betreft, hoe de afbeelding erop is gemaakt.
“De Christus heeft het lichaam van de Discipel Jezus [niet alleen] weer tot leven gewekt … maar liet het ook Herrijzen. Door een geweldig krachtige geestelijke energie in het dode lichaam van Jezus te laten stromen, ontbond Hij zogezegd de atomaire deeltjes van materie, voegde ze weer samen en bracht in dat lichaam materie aan met een subatomaire trillingssnelheid, materie die letterlijk licht is. Voor het lichaam had dit een intense straling tot gevolg en die straling bracht het zogeheten ionisatie-effect voort waardoor de afbeelding op de lijkwade is ontstaan.
“In de fotografie bestaat een proces dat ionisatie wordt genoemd. Wanneer een fotograaf van een negatief beeld een positief beeld wil maken, of andersom, stelt hij de plaat bloot aan een heel hoge frequentie — meestal röntgenstralen. Door dit bombardement van straling met een heel hoge frequentie wordt de plaat geïoniseerd zodat wanneer hij wordt ontwikkeld, je het omgekeerde ziet van wat je zou verwachten. Licht wordt donker en donker wordt licht. De krachtige geestelijke energiestroom van de Christus in het lichaam van de Discipel Jezus veroorzaakte het ionisatie-effect en produceerde het negatief op de lijkwade — en op deze manier is de afbeelding bij wijze van spreken in de lijkwade geschroeid, maar alleen aan de oppervlakte.
“Het is een exactere weergave dan een foto zou zijn en verscheen, of de wade het lichaam nu raakte of niet. Het was de ionisatie van alle aspecten van het lichaam, inclusief het bloed, de wonden en al het andere. Zo heb je dus een exacte facsimile die de ruimtevaarttechnici in Amerika op de computer als driedimensionale afbeelding hebben gereproduceerd. Het gehoorzaamt precies aan de wetten van driedimensionale weergave en komt nu op deze precieze wetenschappelijke wijze aan het licht als een van de tekenen dat de Christus in de wereld is, hoewel Zijn komst in de wereld niet van dat teken afhankelijk is.
(Uit: De Wederverschijning van de Christus en de Meesters van Wijsheid, uitg. Share International, 5de druk, 2000)

Wat is er met de lijkwade van Turijn gebeurd direct na de dood van Jezus?
“[Direct na Jezus’dood werd de lijkwade] door drie van zijn naaste volgelingen uit het graf gehaald waarin Jezus was neergelegd, en werd twee jaar lang verborgen. Nadien werd ze, bij tijd en wijle, getoond aan christelijke pelgrims in Jeruzalem. In de 6e eeuw was het doek tamelijk goed bekend als de authentieke lijkwade van Jezus en was het een heilig relikwie.
(Share International, jan./feb. 1998)

Onmogelijk een vervalsing

Elke computer-analyse van de gestalte op de lijkwade heeft aangetoond dat ze anatomisch 100 procent nauwkeurig is, wat heel onwaarschijnlijk zou zijn als ze met de hand was getekend. Het beslissende bewijs dat het geen vervalsing is, is dit: het is een foto, iets wat totaal onbekend was in de 13de eeuw.
“Bovendien is het een negatief, iets wat geen ‘vervalser’ in die tijd kon bedenken. Pas toen het aan het einde van de 19de eeuw werd gefotografeerd, besefte men dat het een negatief was, het resultaat van een ionisatieproces dat tegenwoordig pas wordt begrepen en gebruikt. De energie om het ‘ionisatie’-effect tot stand te brengen, werd veroorzaakt doordat Maitreya Zijn energie in het dode lichaam van Jezus in de graftombe liet stromen. Niets anders had dat effect kunnen bewerkstelligen.
(Share International, oktober 1988)

Het bewijs afwegende

In een commentaar op de uitslag van de koolstofdateringstests van drie groepen in het wetenschappelijke tijdschrift Nature van 16 februari 1989:
“Volgens mijn informatie plaatsten de drie groepen hun monsters in respectievelijk de 6de eeuw, de 12de eeuw en de 14de eeuw. Ze schoven de uitkomst van de 6de eeuw terzijde (omdat die te zeer afweek) en deelde het verschil tussen de twee andere, dus hielden ze het op de 13de eeuw. Ik stel dat dit niet bepaald een logische of wetenschappelijke benadering is.
“Een logischer — maar nog steeds onwetenschappelijk — resultaat zou zijn bereikt door het gemiddelde te nemen van alle drie de bevindingen, de 11de eeuw dus. Indien, zoals mijn informatie luidt, de huidige koolstof-testmethoden een foutmarge hebben van 800-2000 jaar, dan moet je wel degelijk vraagtekens plaatsen bij de methode van de koolstofdatering. De test is gewoon niet nauwkeurig genoeg om een sluitend bewijs voor datering te vormen, en alle drie de data vallen ruimschoots binnen de foutmarge. Deze test bewijst het één noch het ander.
Er is gesuggereerd dat de (geestelijke) straling, waarvan de lijkwade naar men aanneemt is doortrokken, mogelijk een zekere verstorende invloed op de dateringstesten gehad heeft, maar volgens mijn informatie is dat niet zo. De techniek zelf is onbetrouwbaar. Niemand heeft ooit bewezen (of zal ooit kunnen bewijzen) hoe de afbeelding op de lijkwade vervalst had kunnen worden — geschilderd of getekend of op een andere manier met de hand aangebracht. De lijkwade trotseert al dit soort analyses en theorieën, en geeft blijk van praktisch inzicht in de techniek van het kruisigen (de spijkers zijn bijvoorbeeld duidelijk te zien door de pols- en enkelbotten en niet — zoals op elke religieuze afbeelding tot op heden — door de handen en de voeten).
“Ik heb geen enkele twijfel — en ik zou denken dat geen onbevooroordeelde, objectieve waarnemer na bestudering van werkelijk alle bewijzen kan twijfelen — dat dit de lijkwade is van een gekruisigd man. Kruisiging was een Romeinse vorm van terechtstelling die gelukkig de Romeinse tijd niet overleefde. Dit betekent toch dat de lijkwade niet recenter kan zijn dan de 4de eeuw na Chr., lang voor de middeleeuwen?
“Als we aanvaarden dat de lijkwade van iemand is die op Romeinse wijze werd gekruisigd, rijst de vraag: waarom is deze afbeelding de enige in haar soort? De Romeinen hebben vele duizenden mensen gekruisigd, en het lichaam van velen zal in een of andere lijkwade gewikkeld zijn. Waarom bleef deze als enige bewaard tot de 20ste eeuw? Ik stel dat dit juist is vanwege haar unieke afbeelding en oorsprong. Omdat de afbeelding een foto is, een getuigenis van de Wederopstanding.
“Deze zaak zal spoedig voor eens en voor altijd worden opgehelderd, ongetwijfeld tot consternatie van de sceptici en de wetenschappers die onwetenschappelijke methoden gebruiken om hun vooroordeel te bewijzen. De Meester Jezus zal het kleed opeisen als dat van Hem.”
(Share International, december 1988)