Het volgende is het begin van een interview met een onvermoeibare, zeer gelovige vrouw die vanuit een diep medeleven een manier gevonden heeft om medeburgers te helpen die in een rijk Europees land — Nederland — vechten om te bestaan.

Voedsel voor het lichaam en de ziel

interview met Regina Mac-Nack door Eva Beaujon

In Amsterdam Zuidoost worden in een voormalige snackbar wekelijks zo’n 800 voedselpakketten samengesteld voor bewoners van deze stadswijk. Regina Mac-Nack runt de voedselbank met een groep vrijwilligers, van wie sommige zelf in het verleden verslaafd waren. Ze begon dit initiatief in 2001 vanuit haar appartement in dezelfde wijk, waar ze met haar gezin woont.
Regina is een bekend en geliefd persoon in de wijk en velen noemen haar “Moeder van Zuidoost”. Ook in de rest van Nederland kent men haar omdat ze geregeld wordt gevraagd om voor radio en televisie te vertellen over haar werk. In 2005 ontving zij onderscheidingen voor Amsterdammer van het Jaar en Vrouw van het Jaar. Regina groeide op in Suriname en kwam op haar 19e in Nederland wonen.
Eva Beaujon interviewde haar voor Share International.

De voedselbank ligt in een multiculturele wijk met grote flatgebouwen uit de jaren ’80. De gebouwen en de omgeving maken een verwaarloosde en troosteloze indruk. Regina is de vloer aan het vegen als ik aankom. Ze verwelkomt me hartelijk en gaat dan door met vegen, terwijl ze me tegelijkertijd over het werk vertelt en instructies geeft aan een vrijwilliger die op die dag helpt.
Voorafgaand aan ons interview heeft Regina twee vergaderingen, waar ze me voor uitnodigt: één met vertegenwoordigers van woningbouwstichting De Key, die de voormalige snackbar in 2005 gratis ter beschikking stelde voor Regina’s werk. Nu het werk zich uitbreidt, heeft Regina hulp nodig om een grotere ruimte te vinden. De tweede vergadering is met vertegenwoordigers van de gemeente Amsterdam en de directeur van de onlangs opgerichte stichting Voedselbank Amsterdam.

Als jong meisje was Regina al begaan met de problemen van anderen en probeerde te helpen waar ze kon met boodschappen doen, koken, voorlezen en dergelijke. In 1989 gebeurde er iets wat haar ertoe bracht zich nog meer dan daarvoor te wijden aan haar medemens in nood.
Regina Mac-Nack: Tijdens een zwangerschapscontrole zagen de artsen op de echo een donker plekje. Zij vermoedden een buitenbaarmoederlijke zwangerschap en wilden direct opereren. Het bleek een goedaardige cyste te zijn, maar de narcose maakte een eind aan het leven van het kindje. Ik bleef pijn houden; de artsen zeiden dat het voorbij zou gaan, maar het werd steeds erger. Een scan toonde aan dat er een zenuw in mijn rug was doorgesneden. Ik had 24 uur per dag pijn die alleen met zware medicijnen te onderdrukken was. Mijn gezondheid ging steeds verder achteruit. Door de pijn kon ik maar heel even lopen en op een gegeven moment zat ik in een rolstoel.
Toen de artsen tegen me zeiden dat ik ermee moest leren leven, weigerde ik dat te accepteren. Ik heb naar God uitgeroepen: “God, als je bestaat, dan moet je me helpen. Als al die artsen mij niet kunnen helpen, dan moet jij dat doen.” Hij heeft mijn gebed verhoord. Niet direct die dag, maar na een poosje in een gebedsdienst waar ik voor werd uitgenodigd.

Regina vertelt me dat ze bij die dienst een warme hand op haar rug had gevoeld. Ze vervolgde:
Ik keek achter me. Er stond daar niemand, maar het was duidelijk een warme hand die me een por gaf, precies op de plek waar ik pijn had. Dit gebeurde terwijl ik nog stond te wachten op mijn beurt dat er voor mij gebeden zou worden. Terwijl ik daar stond, realiseerde ik me dat ik geen pijn meer had. Na het gebed ben ik zonder hulp naar mijn plaats teruggelopen. Nog drong het niet tot me door. Bij het naar huis gaan liep ik, zonder ondersteuning en zonder pijn, de trap af, terwijl ik naar binnen gedragen moest worden. De pijn is sinds die dag niet meer teruggekomen. De artsen staan voor een raadsel, omdat een nieuwe scan liet zien dat de zenuw nog steeds beschadigd is. Ik ben door God genezen en omdat ik God had beloofd dat ik iets voor Hem terug zou doen, wilde ik voor Hem aan de slag gaan.