Dagboek uit de Westelijke Jordaanoever

door Graham Peebles

(Dit artikel is ingekort voor publicatie op deze website. Zie voor het volledige artikel Share Nederland, juli/augustus 2010)

In juli 2009 vertrok Graham Peebles, fotograaf en directeur van de hulporganisatie Create Trust, naar het Midden-Oosten om voor Palestijnse kinderen op de Westoever workshops creatief onderwijs te leiden. De Trust, in 2005 opgezet om in Sri Lanka kinderen te helpen die door de tsunami getroffen waren, en later actief in Addis Abeba (Ethiopië), tracht bij achtergestelde kinderen zelfvertrouwen en geloof in zichzelf te ontwikkelen, om onafhankelijk creatief denken te stimuleren en een sfeer van verdraagzaamheid  en begrip aan te kweken.
Hier volgen fragmenten uit Grahams dagboeken met foto’s.

De scheidingsmuur

Wall1We rijden voorbij de controlepost en ik werp mijn eerste blik op de Muur – afwisselend bekend als de Apartheidsmuur, Scheidingsmuur of de Israëlische naam, Veiligheidsmuur. De ‘Muur’ wordt grotendeels in door Israël bezet gebied binnen de Westoever gebouwd en wijkt aanzienlijk af van het uit 1949 daterende bestand, of de ‘Groene Lijn’, die de Westoever afbakent. Een acht meter hoge betonnen constructie (de Berlijnse Muur was 3,5 meter hoog) vormt ongeveer 5 procent van de totale lengte van de afscheiding. Op veel plaatsen fungeren drie hekken van prikkeldraad als scheidingsbarrière.
Er is landroof gepleegd, aangezien de Israëliërs met de bouw van de muur de grenzen hebben verplaatst en grondgebied hebben afgebakend, en land dat op de Westoever lag en derhalve Palestijns was, als deel van Israël hebben aangemerkt.

Ramallah

al_maniraOp het eerste gezicht lijkt het leven in Ramallah normaal. Het ziet eruit als in de ontwikkelde wereld. Maar schijn bedriegt natuurlijk: naar schatting 50 procent van de Palestijnen leeft in armoede – 2 miljoen mensen. Het gemiddelde inkomen op de Westoever ligt rond de 9000 euro per jaar; bij de Israëlische buren is dat 17.000 euro per jaar. Een groot deel van de Palestijnse economie is gebaseerd op betalingsopdrachten, waarbij in het buitenland wonende Palestijnen honderden gezinnen ondersteunen.

Controlepost Qalandia

Om Jeruzalem vanuit Ramallah per bus binnen te komen, moeten we de controlepost Qalandia passeren. Qalandia scheidt Ramallah’s inwoners van zuidelijke Palestijnse steden en de omstreken van (oost-)Jeruzalem, geboortegrond van ongeveer 200.000 Palestijnen. Israëlische soldaten controleren identiteitskaarten en paspoorten van alle verkeer van Ramallah naar Jeruzalem. Ik was gewaarschuwd dat het een vrij afschuwelijke vuurproef was en enige tijd in beslag kon nemen.
Wall2De bus parkeert bij de ingang van de controlepost. Met een tweede buskaartje op zak stappen de passagiers uit en lopen door een levensgroot draaihek de controlepost binnen. In de gedeeltelijk overdekte ruimte bevinden zich drie gekooide gangen van ongeveer tien meter lang met, aan elk einde, opnieuw een manshoog draaihek, een beveiligingscamera en een rood en groen licht. Eenmaal binnen is er geen weg terug meer en heb je geen andere keus dan in de rij te staan en te wachten.
Het is twee uur in de middag en heel heet, zeker meer dan 30° celsius. Mensen worden tegen het draaihek, dat in geen van de gangen in beweging komt, geduwd. Na ongeveer 15 minuten klinkt er een luide sirene, het groene licht gaat branden en een, twee of misschien drie mensen dringen zich door het draaihek, vervolgens gebeurt er dan zo’n tien minuten niets.
Ik sta bij een jonge Israëlische vrouw, een studente. Ook zij is voor de eerste keer in Qalandia. Ik vraag haar wat zij vindt van de controlepost en de bezetting in het algemeen. Zij wordt stil en fluistert dan zachtjes: “Het is niet veilig om over dit soort dingen te praten; ze hebben overal spionnen.”
De stemming in de rij is aanvankelijk rustig, maar na ongeveer 30 minuten in de zeer hete, claustrofobische omstandigheden begint de onrust te stijgen, er is enig gedrang en geschreeuw door de draaihekken heen naar de onzichtbare bewakers aan de andere kant.
Na 45 minuten worden de draaihekken gedeblokkeerd en twee aan twee passeren we de veiligheidscontrole. Evenals bij luchthavencontroles gaan alle voorwerpen door een röntgenapparaat en worden persoonlijke documenten gecontroleerd.
Ik laat mijn paspoort aan een jonge vrouwelijke functionaris zien, loop vervolgens naar buiten, stap in mijn oorspronkelijke bus en dan is het wachten op de overige passagiers voor we Qalandia verlaten. Het hele proces duurt meer dan een uur; het is een verwarrende ervaring, die vele mensen dagelijks trotseren.

Workshops creatief onderwijs

workshopDe kinderbijeenkomst begint zoals gebruikelijk met twee minuten stilte. Dan hebben we een groepsgesprek over vriendschap en worden de kinderen aangemoedigd om voorbeelden van vriendschap te geven. Vervolgens wordt ze gevraagd of zij bevriend zouden kunnen zijn met iemand die heel andere interesses heeft dan zijzelf. Deze vraag veroorzaakt een aanzienlijke tweedeling in de groep; ongeveer 50 procent meent dat zij dat zouden kunnen, de andere onbuigzame helft denkt van niet. Een hoogst geanimeerde discussie volgt, waarbij elke partij de argumenten samenvoegt en een gekozen woordvoerder het standpunt presenteert. Na 45 minuten debatteren verandert de balans en nu is 75 procent het ermee eens dat vrienden andere interesses zouden kunnen hebben.

Een effectieve manier om geconditioneerde denkpatronen te doorbreken is door tekenen en spel. In kleine groepen, twee aan twee werkend, worden de kinderen gevraagd tekeningen te maken met gebruikmaking van geometrische vormen om eigenschappen van vriendschap uit te beelden. Eén jongen tekent bijvoorbeeld een cirkel met ledematen en kleinere cirkels; deze tekening vloeit over in een jeep en een soldaat met een geweer.

Wall_banksyNederzettingen

De weg naar Nabloes is bezaaid met Israëlische nederzettingen die strategisch op heuveltoppen zijn gebouwd. De afzonderlijke nederzettingen nemen in omvang toe en smelten dan samen tot één grote stad. De nederzettingen zijn een wereld binnen een wereld, vaak met hekken erom heen, altijd bewaakt. De Israëlische kolonisten leven in alle opzichten comfortabeler dan hun Palestijnse buren. Het wemelt van de verhalen van kolonisten die Palestijnse boeren aanvallen, slaan, hun bomen en oogst verbranden of omhakken en in het algemeen het leven ondraaglijk maken. De kolonisten hebben toegang tot wegen en tunnels die alléén voor Israëli’s zijn, gebruiken bussen die alléén voor kolonisten bestemd zijn en hebben ruime buitenproportionele voorraden water en goede elektriciteitsvoorzieningen. Huisvesting wordt gesubsidieerd.

Water

Maale Adumim is, met 30.000 inwoners, een van de grootste Israëlische nederzettingen in het bezette Palestijnse gebied (OPT). In een droog en dor gebied dat aan de Jordaanse woestijn grenst, is de nederzetting getooid met palmbomen en kleurrijke tuinen.
De watervoorziening in de regio is een groot probleem, met gemiddeld 1100 mm neerslag per jaar in het noorden, maar slechts 100mm in het diepe zuiden. De Muur heeft ervoor gezorgd dat Israël waterbronnen in beslag kon nemen: bronnen en grondputten die eens op Palestijns land lagen, liggen nu binnen Israëlisch gebied.
Israël neemt het water, verschaft ruime hoeveelheden aan de nederzettingen op de Westoever, genoeg voor brede lanen omzoomd door bomen en landschappelijke tuinen, en rantsoeneert het water voor de Palestijnse gemeenschappen. Het appartement waar ik in Ramallah verbleef, kreeg bijvoorbeeld slechts eenmaal per week leidingwater; dan worden watertanks en jerrycans gevuld om de week door te komen.
Palestijnen hebben geen wettelijke controle over hun eigen waterbronnen. De Israëli’s bepalen de watervoorraad, die ver onder die van de Israëli’s zelf ligt, en behoorlijk onder de normen van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO). De ontoereikende watervoorraad treft de Palestijnse economie en doet ontwikkelingseffecten teniet. Als je probeert fruit te kopen dat op de Westoever is geproduceerd, zul je zien dat het zeer beperkt voorradig is. Ik schat dat 80 procent van alle beschikbare fruit en groenten “geïmporteerd” is uit Israël.

Intimidatie, vernieling, wanhoop

Een klein voorbeeld van het dagelijkse ongemak en de verplichte controles die het Israëlische bezettingsleger de Palestijnen oplegt: ik ontmoette een man die in een apotheek in Ramallah werkt en van een dorp buiten Nabloes komt. Drie jaar lang is hem de toegang ontzegd tot de stad, waar hij werk en familie had, als gevolg van wat het Israëlische leger beschreef als “problemen met zijn identiteitskaart”. Hij stond herhaaldelijk uren in de rij bij de controlepost, alleen om daar weggestuurd te worden. Voorstellen van de man om zijn identiteitsbewijs te vernieuwen, werden door de soldaten afgewezen.
Een ander voorbeeld is het reizen binnen de Bezette Gebieden. Om van Ramallah naar Halhul te gaan, een afstand van 30 km, en de controleposten te vermijden, moet je een enorme halve cirkel om Jeruzalem heen maken, de reis duurt een uur en 25 minuten. Wanneer we om half elf voor de eerste workshop bij het gemeenschapscentrum in Halhul aankomen, is de temperatuur al 30° celsius. Dankzij nog meer controleposten en fouilleringen duurt onze terugreis bijna twee uur.
demolished homeEen paar kilometer buiten Halhul ontdekken we een Israëlische legervrachtwagen en jeep, die zijn geparkeerd aan de kant van de weg, waar een jonge Palestijn een simpel stalletje heeft om fruit en groenten te verkopen. Israëlische soldaten zijn het stalletje aan het afbreken, ze trekken het geïmproviseerde zeildoeken dak eraf en trappen de zijkanten in. Verderop zien we nog acht andere stalletjes die vernietigd en verlaten zijn. Een normale praktijk, zoals ik later ontdek, die in strijd is met de Israëlische wet. Volgens het Israëlische leger drijven de stalhouders handel zonder de vereiste papieren. De vergunningen die door de Israëlische autoriteiten afgegeven worden, zijn volgens de Palestijnen moeilijk te verkrijgen, maar nodig om binnen de Westoever, eigenlijk Palestijns land, handel te drijven.
De sloop van huizen is helemaal een gruwel voor veel gezinnen. De sloop wordt meestal zonder voorafgaande waarschuwing en vaak gedurende de nacht uitgevoerd. De bewoners krijgen weinig tijd om te evacueren – dat kan een paar minuten tot een half uur zijn. Als een sloopbevel eenmaal door de Israëlische autoriteiten is goedgekeurd, kan het op elk tijdstip uitgevoerd worden – onmiddellijk, of na 10 jaar, 20 jaar of langer. Een gezin, dat een collega hier kent, leeft al 37 jaar met de ‘naderende’ dreiging van sloop, wat voor hen onnoemelijke stress en angst teweegbrengt. Als een bevel is goedgekeurd, heeft het gezin een keus. Ze kunnen uit vrije wil verhuizen voor het huis wordt afgebroken, het zelf afbreken of blijven met de wetenschap dat hun huis elk moment gesloopt kan worden. Als de Israëlische autoriteiten de sloop uitvoeren, kan de familie de rekening voor het werk gepresenteerd krijgen, soms wel 20.000 Amerikaanse dollar – verlies je huis en betaal voor het voorrecht!

….